snelnaardata
 

Dichting in functie van de basisconfiguratie van de leidingen [voorbeelden van benamingen]

De aanduiding van het leidingsysteem voor dichtingen bestaat uit een hoofdletter ter verwijzing naar de dichting ( P, S, D, Q) en een nummer (1, 2, 3), gevolgd door een nummer voor de basisconfiguratie van het leidingensysteem (01, 02, 03...), gescheiden door een punt. Wanneer hulpstukken gekoppeld worden, worden ze door codenummers voorgesteld. De volgorde stemt overeen met hun plaats in de stromingsrichting. De stand van de dichting in een buizensysteem, beginnend voor en eindigend na de behuizing van de dichting, moet door een streepje aangeduid worden. In de tabel staan enkele voorbeelden.

originaltype: 
html
 
Meer lezen over Dichting in functie van de basisconfiguratie van de leidingen (voorbeelden van benamingen)?