Geometrische grafietordening [A-E] voor lamellair grijs gietijzer

De geometrische ordening van de grafiet wordt ingedeeld in vijf klassen, namelijk A tot en met E.

De gewenste vorm is A. Deze wordt gevormd bij normale afkoeling en heeft een homogene verdeling van de lamellen. Gietijzer met deze verdeling zal de kleinste stollingskrimp hebben.

De verdeling B wordt de 'rozettenverdeling' genoemd. De lamellen in de kern zijn kleiner dan aan de buitenzijde van de rozet. Ze verschijnt bij normale afkoeling bij een metaal met een tekort aan kiemen (bij onvoldoende enting, oververhit metaal).

De verdeling C komt aan bod bij een gietijzer met een hoog koolstofequivalent, namelijk Ceq groter dan 4,4. Het is een mengsel van grove en eutectische lamellen.

De verdeling D verschijnt bij een snelle afkoeling zodat er onderkoeling is (zie tweede figuur). Onderkoeling hebben we als de stolling begint op een temperatuur lager dan de TL-temperatuur. Meestal zijn er te weinig kiemen (onvoldoende enting). De verdeling is relatief homogeen met een lichte neiging naar de dendrietische stolling. De verdeling D wordt ook wel een 'onderkoelingsgrafiet' genoemd.

De verdeling E ontstaat bij een lage koolstofequivalent (Ceq kleiner dan 3,78)

Bron:Handboek Constructiematerialen, Corrosie en Corrosiebescherming,  2000.