snelnaardata
 

Illustratie van contactcorrosie in het geval van een zinkonderdeel op een stalen hoofdonderdeel

Elke materiaalsoort vertoont een verschillend elektrisch spanningsverschil of -potentiaal ten opzichte van een op die wijze gevormde elektrolyt. Waar sprake is van twee verschillende materialen met voldoende groot potentiaalverschil in elkaars nabijheid (bijvoorbeeld een verzinkte bevestigingsbout op een stalen deksel) zal de anode, vaak het elektrochemisch minst 'edele' metaal, het eerst worden aangetast. Dit noemt men bimetallische of contactcorrosie.

Men kan ook zeggen dat het edeler gedeelte kathodisch beschermd wordt. Hierbij is vooral de oppervlakteverhouding van het ene onderdeel ten opzichte van het andere van belang (men kan ook zeggen van anode ten opzichte van kathode). Een kleine ('onedeler') anode in de vorm van bijvoorbeeld een stalen bevestigingsbout op een grotere eindkap van ('edeler') messing, zal eerder worden 'weggevreten' dan een roestvaststalen bout op dezelfde eindkap. Deze vorm van corrosie komt voornamelijk voor bij metalen die zich actief gedragen.

Overigens beïnvloedt de mate van beluchting respectievelijk de zuurstofconcentratie van de oplossing in hoeverre de potentialen van de edele en onedele gedeelten eventueel naar andere waarden verschuiven; dit maakt het hele proces extra ingewikkeld. Een andere factor van betekenis is de mate van verontreiniging zelf.

De anode heeft de laagste potentiaal en de kathode de hoogste. De met corrosie gepaard gaande elektronenoverdracht loopt dan van de anode naar de kathode.

 

 

Bron: Handboek constructiematerialen, corrosie en corrosiebescherming,  2001.

originaltype: 
pdf
 
Meer lezen over Illustratie van contactcorrosie in het geval van een zinkonderdeel op een stalen hoofdonderdeel?